Katholieke theologie krijgt nieuwe grafkelder
Bestuurlijk opportunisme, censuur en zelfcensuur liggen aan de basis van de medewerkerslijst van de nieuwe Faculteit Katholieke Theologie (FKT), die enkele weken terug van start ging. De FKT, die is gevestigd in Utrecht maar onderdeel uitmaakt van de Universiteit van Tilburg, is het resultaat van een fusie tussen de Katholieke Theologische Universiteit te Utrecht en de Theologische Faculteit Tilburg. De theologische faculteit in Nijmegen haakte eerder bij de fusiebesprekingen af, omdat zij een te grote bisschoppelijke invloed in de nieuwe instelling vreesde. De Nijmegenaren hebben gelijk gekregen, maar zijn intussen al drie keer gestraft: de faculteit is niet langer een kerkelijk erkende ambtsopleiding, zij mag geen Vaticaanse graden meer verlenen én de bisschoppen verhinderden dat het hoofd van de faculteit, kerkhistoricus prof. Peter Nissen, voorzitter wordt van de Katholieke Vereniging voor Oecumene. De graag geziene tv-gast Nissen zou te weinig loyaal aan de kerk zijn.
Ter wille van een Vaticaanse erkenning dienen alle medewerkers van de FKT te beschikken over een nihil obstat. De noodzakelijke screening daarvoor werd verricht door de Groningse bisschop – en straks aartsbisschop van Utrecht? – Wim Eijk. In een groot aantal gevallen namen de universiteitsbestuurders het werk van Eijk over. Zij besloten voor een aantal theologen geen nihil obstat aan te vragen. Dat overkwam bijvoorbeeld de feministische theologen prof. Anne-Marie Korte en prof. Maaike de Haardt. Hun vakgebied en benadering is binnen de FKT dan ook geheel afwezig. Korte, De Haardt en de anderen die volgens de besturen toch geen kans maakten op Eijks goedkeuring, zijn voortaan verbonden aan het niet-kerkelijk erkende departement religiewetenschappen en theologie in Tilburg.
Van tot nu toe drie personen is bekend dat zij door Eijk nadrukkelijk zijn afgewezen. Moraaltheoloog prof. Frans Vosman is de bekendste van hen. De gereformeerde Kampense ethicus Frits de Lange noemde in de krant Vosman “de meest erudiete, subtiele en gewetensvolle moraaltheoloog die ik ken”. Enkele jaren terug verwierf hij voor een van zijn boeken nog een officieel kerkelijk drukverlof (imprimatur) van de Utrechtse vicaris-generaal Piet Rentinck. Maar bisschop Eijk vindt dat Vosman de kerkelijke leer onvoldoende uitdraagt. Weliswaar wijst hij de term ‘homohuwelijk’ voor een relatie van twee mannen of twee vrouwen af, maar hij is zeker niet negatief over homorelaties als zodanig. Ook al woont Vosman momenteel niet samen, hij doet ook in zijn publicaties niet geheimzinnig over zijn eigen homoseksuele voorkeur. Voor een rashomofoob als Eijk moet dat onverdraaglijk zijn. De nieuwste Vaticaanse ‘inzichten’ over homoseksualiteit zijn trouwens toch al dat homo’s per ipsum factum lijden aan emotionele en morele instabiliteit.
De liturgist Louis van Tongeren die eveneens werd afgewezen, kreeg te horen dat uitspraken in zijn artikelen door kwaadwillenden verkeerd begrepen zouden kunnen worden. Dat Christus in de eucharistie werkelijk aanwezig is in brood en wijn, dát had de liturgist volgens Eijk duidelijker moeten zeggen.
Vosman en Van Tongeren schuwen de publiciteit niet. Dat doet wel de derde afgewezen persoon. Deze Vlaams-Tilburgse moraaltheologe stuurt – al dan niet onder druk van de kerkelijke of universitaire gedachtepolitie – e-mails rond waarin zij de pers bezweert om haar naam niet te noemen.
Kan uit wat zo fout begonnen is, nog iets goeds voortkomen? Zeker voor katholieken zijn wondertjes nooit uit te sluiten. Toch ziet de toekomst er wat de FKT betreft niet rooskleurig uit. De schrik zal er bij de medewerkers goed inzitten. Van een vrij denkklimaat is allerminst sprake. Bij vacatures zal de meest orthodoxe sollicitant het steeds winnen. Dat is slecht voor wie binnen de r.-k. kerk en de oecumene en binnen de samenleving als geheel uitzien naar een relevante inbreng vanuit die grootse synthese van geloof en rede die de katholieke theologie op haar beste momenten is.
“Van Eijk kun je niet anders verwachten, maar de universiteitsbestuurders zijn me nog het meest tegengevallen”, zegt Vosman. Dat KTU-voorzitter Ernst Hirsch Ballin – nu minister van Justitie – met deze rammelende procedures akkoord is gegaan, is onbegrijpelijk. Hein van Oorschot, voorzitter van het college van bestuur van de Universiteit van Tilburg, vindt dat de docenten die om een nihil obstat vroegen, wisten waar ze aan begonnen. “Dus moeten ze nu niet zeuren.” Een verbijsterende uitlating van iemand die is aangesteld als behoeder en bevorderaar van de academische vrijheid. Van Oorschot (D66 en niet praktiserend r.-k.) was tot voor kort burgemeester van Delft. Hij maakte naam als beheerder van de koninklijke grafkelder aldaar. Dat hij sinds kort een kerkelijke grafkelder beheert, lijkt hem te ontgaan.
Jan van Hooydonk
Bovenstaande bijdrage is tevens verschenen als commentaar in VolZin van 9 februari 2007 (www.opiniebladvolzin.nl)
Op dit moment zijn er nog geen bijdragen voor dit thema.