Vertalingen: Nederlands English
Bezorgde katholieken in Missoula, Montana, VS,
schreven een brief aan hun bisschop
Most Reverend George Leo Thomas
Bishop of Helena
P.O. Box 1729
Helena, Montana 59624
Geachte Bisschop Thomas,
Bij verschillende gelegenheden wordt een gezegde van Martin Luther King aangehaald: ”..de geschiedenis zal aantonen dat de grootste tragedie in deze periode van sociale overgang niet is het schril geschreeuw van slechte mensen maar de ontstellende stilte van goede mensen”.
Al een hele tijd zijn wij, de ondergetekenden, stil gebleven gedurende een belangrijke overgangsperiode en alsmaar in onszelf klagend: “Wat hebben ze met onze kerk gedaan?” Maar onlangs, grotendeels dankzij de American Catholic Council (ACC), vonden wij woorden voor onze verontrusting en kozen er voor deze brief te sturen als een middel onze stem te laten horen.
De ACC is een organisatie die zich inzet voor hervorming van de katholieke kerk zoals dat voorzien en uitgedrukt is in de verwachtingen en geest van Vaticanum II. Wij hebben begrepen dat voorafgaand aan de ACC conferentie in Detroit, in juni 2011, aan alle Amerikaanse bisschoppen een uitnodiging en conferentiestukken zijn toegezonden. Voor het geval u deze niet ontvangen zou hebben, zenden wij u hierbij een pakket met deze stukken (Soundings of the Faithful, Geluid van de gelovigen en Catholic Bill of Rights and Responsibilities, Katholieke grondwet van rechten en verantwoordelijkheden, alsmede een lijst van alle groeperingen die verbonden zijn met de ACC en vertegenwoordigd in de conferentie). Wij nodigen u uit deze stukken te bestuderen, zoals wij dat gedurende de laatste paar weken, hier in Missoula hebben gedaan.
Wie zijn ‘wij’? Wij zijn een groep mensen die lid zijn van de meeste parochies in Missoula en de Bitterfoot Valley. Wij zijn echte mensen, redelijk goed opgeleide vrouwen en mannen, meestal in katholieke scholen en wij behoren tot een oudere categorie; wij hebben kinderen en kleinkinderen en de meeste van hen zijn niet langer praktiserende katholieken. Wij zijn een afspiegeling van de meer dan 1800 mensen die de ACC conferentie bijwoonden, het waren er zelfs 2000 op de laatste dag. Zij waren afkomstig uit 44 staten en 13 landen. Wij zijn ook een afspiegeling van de 4000 mensen die deelnamen aan 81 hoorzittingen over het gehele land in voorbereiding op de conferentie. Voor ieder van ons geldt dat de kerk ons thuis is en wij hebben er voor gekozen dat huis niet te verlaten.
Die keuze stelt ons echter wel voor een probleem. Wij lezen, wij reizen, wij gebruiken internet en bewegen ons op de sociale media, wij zijn heel goed op de hoogte van de wereld waarin wij leven. Het is een wereld die voortsnelt in een ongelooflijk tempo – snelle sociale en geopolitieke veranderingen, het einde van kolonialisme, de opkomst van feminisme, de Arabische lente, een revolutie in spiritueel bewustzijn en steeds nieuwe en snellere technologieën die de omstandigheden van ons gewone leven veranderen. Ja, wij leven in die wereld, maar een wereld leeft ook in ons – een wereld waarin wij ons inspannen om ons geloof te voeden, waarin wij zoeken naar bewijzen van hoop en waarin wij proberen een richting te vinden voor onze intense verlangens – een wereld waar ook onze kerk mede vorm aan kan en moet geven.
Vaticanum II legde een blauwdruk neer voor die wereld, geeft wegen aan om de kerk te helpen om te gaan met de toenemende spanning tussen verandering en continuďteit, die geen institutie onberoerd laat. Vaticanum II maakte een begin voor een vergaande verandering: een afscheid van 400 jaar ingeperkte ontwikkeling, en legde daartoe de nadruk op collegialiteit van bisschoppen, subsidiariteit, veelbelovende openheid, empathie, tolerantie en vrijheid van geweten.
Nu, vijf decennia later, is de hoop op die nieuwe opbloei de bodem ingeslagen en zijn zo vele beloften vergaan. Degenen onder ons die leefden in de heftige dagen volgend op Vaticanum II, alsook degenen die zich gaandeweg bij ons aansloten, zijn bedroefd geworden en in toenemende mate ontmoedigd als zij bemerken dat onze kerk zich voluit stort in het verleden. In plaats van deelname in levendige gemeenschappen met betekenisvolle liturgie en passende prediking, voelen velen van ons eerder dat we behoren tot passieve geloofsgemeenschappen, bevolkt bijna uitsluitend door mensen met grijzende haren die de afwezigheid betreuren van oude vrienden die elders op zoek zijn voor de bevrediging van hun spirituele behoeften. In plaats van gastvrijheid overheerst in de gemeenschappen te vaak de geest van katholieke gestrengheid. Orthodoxie bepaalt toelating en deelname. Vrouwen worden ingezet voor eng begrensde taken, onze homo en lesbische vrienden en bekenden worden op zijn best getolereerd; regels en politiek hebben de overhand.
Wat breder gezien leeft deze geest van afweer nog in een meer uitgesproken manier. Eenvormigheid is de heersende opvatting; liturgie en rituelen zijn terreinen van strijd geworden. Onderdrukking van gedachten en censuur ten aanzien van theologen veroorzaakt toenemende verdorring. De demon van seksisme grijpt ongeremd om zich heen. Tevergeefs kijkt men uit naar enige serieuze poging tot oecumene hetzij op lokaal of nationaal niveau. Vanwege de onmacht of onwil van de hiërarchie tot een dialoog met leken over punten die voor hen van belang en een zorg zijn, zoals bijvoorbeeld, de op handen zijnde invoering van een nieuwe vertaling van het Romeinse Missaal, is een doorsnee van de katholieken tot de conclusie gekomen dat het leiderschap van de kerk óf zijn zinnen heeft verloren óf gestopt is zich om iets druk te maken. De lijst van seksueel misbruik van kinderen door de clerus is pijnlijk en beschamend, zelfs voor sterkste verdedigers van het systeem. Dat was ook de inspanning van de hiërarchie om de gelederen te sluiten in een poging de daders te beschermen en, indien ermee geconfronteerd, te beweren dat wat zij deden boven de wet stond. Wat moeten we denken over de bisschoppelijke verantwoording in die gevallen waarin diocesen er een dubbele boekhouding op na hielden en een geheime pot voor steekpenningen? Wij kunnen ons moeilijk voorstellen dat de bediening van de eucharistie, het teken van Jezus’ liefde en zorg voor zijn mensen, ooit door zijn kerk kan worden gebruikt als beloning of straf om de gelovigen in de hand te houden. Even schandelijk is het gebruik van de eucharistie in een pluralistische politieke arena in een poging politici te beďnvloeden. Richard McBrien, professor aan de Notre Dame University en een uitgesproken criticus van de institutionele kerk zegt het aldus: “De hiërarchie is in hoge mate irrelevant voor iedere intelligente, goed opgeleide katholiek”.
Een stapje verder nog; er zijn duidelijke aanwijzingen over de pauselijke ambivalentie over de geest van Vaticanum II. Of het nu gaat over het opheffen van de excommunicatie van een bisschop die de Holocaust ontkent, of de allesbehalve subtiele behandeling van spraakmakende hoge ambtsdragers, met name de verwijdering van een Australische bisschop die het aandurfde vragen te stellen uit zorg voor de noden van zijn mensen, terwijl priesters en bisschoppen in hun ambt worden gelaten van wie bekend is dat zij kinderen hebben aangerand, en de promotie van een kardinaal die hen beschermde. Om het eenvoudig te zeggen, het bestuursmodel van de kerk deugt niet. Het laat ons zitten met een middeleeuws systeem dat door iedereen verlaten is, behalve door ons.
Wij hebben verklaard dat de kerk ons huis is. Wij houden van de kerk, de sacramenten en de plechtigheid van de liturgie. De Schriften zijn de basis van ons geloof. Jezus is ons voorbeeld. We hechten aan het gevoel tot de kerk te behoren. Maar wij behóren niet eenvoudigweg tot de kerk. In de geest van Vaticanum II zíjn wij de kerk, zijn wij het Lichaam van Christus. Wij stellen vast dat het ons niet tot een aparte of unieke groep maakt als wij beweren dat wij niet krijgen wat wij vragen. Wij verschillen niet van onze medekatholieken die het niet eens zouden zijn met vele van onze punten. Verandering is moeilijk en omstreden. Wie is er niet zonder gebroken hart? Het hele Lichaam van Christus is gebroken.
Maar dat is geen reden om niet te spreken. En als onze woorden hard zijn, is dat omdat de werkelijkheid die zij beschrijven dringend is en soms weerzinwekkend. Dit kan niet langer met stilzwijgen worden afgedaan. Als wij ons uitspreken weten wij dat wij niet geďsoleerd of alleen zijn. Door ACC zijn wij verbonden met vergelijkbare groeperingen en organisaties niet alleen in de gehele VS, maar in de hele wereld. Ook zijn onze standpunten niet alleen de onze, wij hoeven slechts te wijzen op die van 400 priesters in Oostenrijk.
Het is algemeen bekend dat ieder onderwerp meer dan één kant heeft. In menselijke zaken betekent dit een verschil van invalshoek. Wij laten hier een lijst volgen van zaken die vanuit ons perspectief wenselijk, sterker nog, die noodzakelijk zijn voor het welzijn van de kerk. Wij denken dat u met enkele daarvan kunt instemmen. Andere vindt u waarschijnlijk controversieel. Zo’n situatie is vruchtbare grond voor een dialoog.
Onze diepste wens is dat de kerk meer empathisch is en mensen die anders zijn dan wij niet alleen tolereert maar ze verwelkomt. Wij dringen er sterk op aan dat de verhouding tussen clerus en leken gekarakteriseerd wordt door openheid en verantwoording, dat tolerantie en vrijheid van geweten het kenmerk is van al onze parochies en dat sociale rechtvaardigheid niet als een optie wordt gezien, maar als noodzaak.
Wij roepen op tot een radicale heroverweging van een sekseneutraal priesterschap, dit houdt wijding van vrouwen in, herziening van het proces van selectie en opleiding van mannelijke kandidaten en het herstel van het diaconaat voor vrouwen. Vrijwillig celibaat en weer toelating van gehuwde priesters tot het ambt zijn eenvoudige oplossingen om het hoofd te bieden aan het groeiend aantal priesterloze parochies in de VS (van 500 in 1965 tot 3200 in 1995). Tenslotte, gelet op de eendrachtige inspanning van Rome om de uitvoering van Vaticanum II te dwarsbomen door de praktijk om Romegetrouwe dienaren tot bisschop te benoemen, roepen wij op tot verkiezing van de bisschoppen.
Het is onze vurige hoop dat deze brief wordt ontvangen in de geest waarin die is geschreven, een roep geboren uit frustratie, werkelijke liefde voor de gehele kerk en een verlangen naar een collegiale dialoog.
Vier van onze leden zijn bereid als contactpersonen op te treden; wij nodigen u uit contact op te nemen naar uw eigen goeddunken. Wij zijn leden van verschillende parochies in het dekenaat Missoula en omdat wij meenden dat het passend is, hebben wij afschrift van deze brief gezonden aan onze respectievelijke pastores.
Wij bedanken u voor uw belangstelling en uw aandacht.
Bezorgde Katholieken van Missoula, Montana
Con Kelly en anderen hebben deze brief ondertekend en op 18 oktober 2011 naar hun bisschop verstuurd. Deze heeft inmiddels geantwoord en zijn bereidheid getoond met de schrijvers in gesprek te gaan.
Op dit moment zijn er nog geen bijdragen voor dit thema.