Het Romeinse Missaal – Een Crisis?
Het negeren van Vaticanum II, nu ook in het nieuwe missaal,
slaat terug op 400 miljoen mensen!
Het Tweede Vaticaans Concilie verplichtte de R.-K. Kerk zich in te zetten voor aansluiting op de moderne wereld. De drie belangrijkste ontwikkelingen in de kerk sinds het concilie zijn: de grootste uittocht uit de kerk in 2000 jaar wegens gebrek aan betrokkenheid op de wereld, het verraad van kinderen in het seksueel misbruikschandaal en de niet aflatende campagne van het Vaticaan om de resultaten van het concilie weg te poetsen en te negeren. Deze ontrouw aan Vaticanum II bracht in 1997 tientallen Europese theologen er toe vast te stellen dat het Vaticaan in schisma staat door zijn verwerping van de collegialiteit: de Heilige Geest spreekt slechts tot één persoon.
Symbolisch voor de verwerping van de hoogste autoriteit van de kerk, het concilie, is de arrogantie van de Congregatie van de Goddelijke Eredienst (CGE) om de goedkeuring van de uitstekende nieuwe vertaling van het Missaal, uitgevoerd door de Engels sprekende bisschoppenconferenties (International Commission on English in the Liturgy) steeds uit te stellen, om die vertaling dan in 2001 te verwerpen. Aan deze vertaling was 15 jaar gewerkt (beschikbaar op www.misguidemissal.com) om de vertaling van 1973, die vlak na het concilie in haast was gemaakt, te vervangen. Deze nieuwe vertaling is in 1998 door alle elf Engelssprekende conferenties goedgekeurd, daarbij de bevoegdheid gebruikend die door het concilie uitsluitend aan de bisschoppenconferenties was toebedeeld met een meerderheid in het concilie van 99,9%. De rol van de congregatie zou geen andere zijn dan controle op de gevolgde procedures.
De liturgische constitutie van het concilie geeft als richtlijn voor vertalingen “van plechtige eenvoud ….. korte, duidelijke (zinnen) ….. binnen de mogelijkheid van het volk het te begrijpen”, dat leidt tot “bewuste en actieve deelname van alle gelovigen aan de liturgische plechtigheden”. Deze normen zijn het resultaat van 50 jaar liturgische wetenschap.
Het geschrift van de congregatie ‘Liturgiam Authenticam’ (LA) dumpte de normen van het concilie en verwierp het algemene gebruik van dynamische equivalenten in kwaliteitsvertalingen. Voor Engelse gebeden werd vereist een letterlijke, woord voor woord vertaling van de ‘Nieuwe Latijnse Vulgaat’, ook wat betreft grammatica, syntaxis, interpunctie en het gebruik van hoofdletters ten einde door geheiligd taalgebruik transcendentie en mysterie op te roepen. Aldus zou nu een tijdgebonden gemeenzame Latijnse vertaling (de Nieuwe Vulgaat), de enige basis zijn voor vertalingen in de 21e eeuw voor alle talen. Van deze Nieuwe Vulgaat wordt valselijk gesteld dat deze door het concilie van Trente is goedgekeurd. Maar dat werd gehouden voor het verschijnen van die vertaling! De Nieuwe Vulgaat werd bovendien geschreven in een nu archaïsche en seksistische taal.
De congregatie claimt vervolgens dat zij het recht heeft om een geheel nieuw team van vertalers goed te keuren, die in het geheim zouden werken, en zij maakt daarmee een eind aan decennialange oecumenische samenwerking om gemeenschappelijke teksten te maken. De theoloog, historicus, zanggeleerde van de Notre Dame Universiteit in Indiana, VS, prof. Peter Jeffery noemt Liturgiam Authenticam: “het meest achterlijke verhaal over liturgie dat ooit door een moderne Vaticaanse congregatie is uitgegeven”.
Door de gestelde normen kon het niet anders dan uitlopen op een mislukking. Geheimhouding beperkte het overleg; het vervangende team miste deskundigheid. Het resultaat is een grote stap terug. Op de teksten werden 10.000 veranderingen voorgesteld en een nieuwe Vaticaanse herzieningsgroep Vox Clara, ging door met het maken van veranderingen zelfs nadat bisschoppenconferenties, hoewel met tegenzin en onder druk, hun goedkeuring hadden gegeven. Notoire fouten bleven erin: zinnen in losse stukken, overbodige weelderigheid van taal, een aansporing die wordt behandeld als een gebed. Het eerste eucharistische gebed eindigt met “allereerst offeren wij u” zonder dat er een ten tweede volgt. “Profusis” betekent ‘overstromend’ (overflowing) en wordt vertaald met ‘zegevierend, te boven komend’ (overcome) en een vreugdevolle scène wordt daarmee vaag gemaakt.
Stijlfouten alom. Eén zin van een eucharistisch gebed telt 82 woorden. Een gebed van Paaszaterdag, de Paaswake, kan niet direct begrepen worden. “Toen het maal ten einde liep, nam hij de beker” wordt “Hij nam de kostbare kelk in zijn heilige en eerbiedwaardige handen”, drie nodeloze adjectieven te veel. Wordt er iets toegevoegd door te zeggen “mens geworden door de maagd Maria” en “voortgebracht, niet gemaakt, één in wezen met de Vader”, wat garandeert dat helderheid en duidelijkheid voor allen wordt opgeofferd? Bisschop Donald Trautmann, een vroegere hoogleraar op de VS-ICEL leerstoel, is van mening dat uitdrukkingen als “één in wezen met”, “kelk”, “onzegbaar geboren uit de ongerepte Maagd” enz. het begrijpen eerder beperkt dan dat het katholieken nader tot God brengt. Kennelijk realiseerde niemand zich dat deze teksten er niet zijn om gelezen te worden maar om gehoord te worden.
Op ideologische gronden wordt de prachtige, van 1997 daterende, vertaling van het openingsgebed van de mis voor de 27e zondag door het jaar diep weggestopt:
"Almighty and eternal God, Whose bounty is greater than we deserve or desire. Pour out upon us your abundant mercy; forgive the things that weigh upon our consciences. And enrich us with blessings for which our prayers dare not hope."
(“Almachtige en eeuwige God, wiens goedheid groter is dan wij verdienen of verwachten. Zend over ons uit uw overvloedige barmhartigheid; vergeef hetgeen drukt op ons geweten. Verrijk ons met zegeningen waarop wij in onze gebeden niet durven hopen”.) Alle nieuwe ICEL gebeden werden afgeserveerd.
Waarom moet er een starre trouw worden betracht aan een enkele middelmatige Latijnse vertaling ten koste van duidelijkheid en begrijpelijkheid? Liturgen zien hier weerstand van traditionalisten tegen helder en eenvoudig taalgebruik in de liturgie, vijandigheid tegen inclusief taalgebruik en een heerszuchtige verwerping van de conciliaire collegialiteit. Zij vergeten aldus de ‘bidbaarheid’ van het gebed en denken ook niet aan hen voor wie Engels een tweede taal is, mensen die met een accent spreken, en kinderen.
Bisschop Arthur Serratelli, die op dit moment namens de bisschoppen van de VS in de CGE zit, is van mening dat het ongenoegen met deze vertalingen voortkomt uit het tegenwoordige individualisme dat institutioneel gezag verwerpt ten faveure van vrijheid, doe-het-zelf liturgische originaliteit, creativiteit en verscheidenheid. Maar ontsporingen bij vernieuwingen en pogingen deze te beteugelen hebben niets te maken met de vertalingen van 1997. De klachten richten zich op het onwettig opleggen van vertalingen bij verschillen met het gesproken Engelse gebed.
Rita Ferrone schrijft op 15 juli in Commonweal dat zij de druk van CGE en Liturgiam Authenticam ziet als de basis voor het ongenoegen. De hervormingen van Vaticanum II “die uitnodigden tot een aggiornamento en betrokkenheid op de wereld” zijn opgeofferd voor “een liturgie, voorgesteld als iets dat plaats vindt in een soort sacrale omgeving buiten onze wereld, in plaats van dat het het kloppend hart is van een vernieuwde wereld”. Als verklaringen voor dit gedrag figureren de schaduwen van Johannes Paulus II, die vasthield aan de oude Latijnse ritus tegenover een bijna unanieme afwijzing van de bisschoppen, en van prof. Joseph Ratzinger die de vinger legde op het gebrek aan leerstellige precisie in de eerste begrijpelijke en eigentijdse vertalingen. Toen Anthony Ruff, een conservatieve Benedictijner liturgiegeleerde, zich bewust werd dat een onbevredigende vertaling werd doorgedrukt, waarbij het gezag van de Engelssprekende bisschoppen werd geschonden, en hij zijn aanbeveling ervan matigde, werd hij ontslagen. Als hij nu terugkijkt op wat er toen gebeurde, en op “de verkondiging van Onze Heer over dienstbetoon en liefde en eenheid ….. dan huil ik”.
De Ierse Associatie van Katholieke Priesters verwerpt de vertaling als “archaïsch, elitair en vaag, niet in overeenstemming met het natuurlijke ritme, de cadans en de syntaxis van de Engelse taal”; de stijl is zo in kronkelig “dat het moeilijk zal zijn de gebeden publiekelijk voor te lezen”. LA verklaart feitelijk dat taalkundige normen schadelijk zijn voor de zending van de kerk!
Anderen kritiseren het negeren van het eerste principe van effectieve vertaling naar Engels, namelijk het gebruik van Angelsaksische woorden in plaats van latinismen wanneer dat mogelijk is en zij kritiseren de dwangbuis van een letterlijke vertaling die de betekenis verdoezelt. De meest bekritiseerde letterlijke Vaticaanse vertaling illustreert dit: “Christus stierf voor velen”. Het Latijnse ’velen’ is een genuanceerde manier om te zeggen ‘allen’!
Prof. Jeffery bekritiseert de duidelijk niet gekwalificeerde vertalers als volgt: “zij zijn niet vertrouwd met de omgang met Griekse en Semitische woorden in de Latijnse geschriften en liturgieën”, “zij zijn onbekend met de geschiedenis van het Credo en het Kyrie”, “zij gebruiken Thomas van Aquino als een bron voor bewezen teksten zonder te kijken naar wat hij werkelijk zei”, “zij begrijpen de verhouding niet tussen de Nieuwe Vulgaat en de traditionele Vulgaat”, “zij schijnen niets af te weten van andere Latijnse bijbelteksten die in de Roomse traditie gebruikt worden” en “zij geven er op geen enkele manier blijk van ooit enige patristische exegese te hebben gelezen”, enz. Hij merkt op: “de traditie is vol vitaliteit en Liturgiam Authenticam staat stijf van verbodsbepalingen”. Hij vraagt zich af: “waarom zouden we doornen kiezen in plaats van rozen”.
De nieuwe Collecta van de eerste zondag van de Advent |
1997 Openingsgebed |
Verleen uw gelovigen, bidden wij, almachtige God, de standvastigheid om voort te gaan om uw Christus te ontmoeten met rechtschapen daden bij zijn komst, zodat, verzameld aan zijn rechterhand, zij waardig mogen zijn het hemels koninkrijk te bezitten. Door de Heer Jezus Christus uw zoon ….. |
Almachtige God, sterk de standvastigheid van uw gelovig volk om de komst van uw Christus voor te bereiden door werken van rechtvaardigheid en barmhartigheid, zodat, wanneer wij uitgaan om hem te ontmoeten, hij ons mag roepen om te zitten aan zijn rechterhand en het koninkrijk van de hemel te bezitten. Wij vragen dit door onze heer Jezus Christus.
|
Nieuwe Postcommunie |
1997 Postcommunie |
Moge deze geheimen, o Heer, waaraan wij hebben deelgenomen ons ten voordele strekken, zo bidden wij u ook voor nu, terwijl wij gaan te midden van voorbijgaande dingen, dat u ons daardoor leert de zaken van de hemel te beminnen en vast te houden aan wat blijvend is. Door Christus onze Heer. |
Heer, Geef dat wij op onze reis door deze voorbijgaande wereld van deze geheimen mogen leren ons reeds nu te verheugen op de zaken van de hemel en ons hechten aan de schatten die nooit over zullen gaan. Wij vragen dit in de naam van Jezus, de Heer. |
De nieuwe vertaling biedt ook enkele goede vondsten. Ferrone noemt hier het antwoord: “Het is billijk en rechtvaardig” aan het begin van het Eucharistisch gebed; dit is helder, gemakkelijk begrepen en het vermijdt het huidige seksistische voornaamwoord (‘Hij’ is onze dankbaarheid waardig). “Vanaf het opgaan van de zon tot aan de ondergang” is weer in het eucharistisch gebed 3 opgenomen. Het gebed voor de communie luistert weer naar het Latijn : “ik ben niet waardig u onder mijn dak te ontvangen”, maar door het gebruik van de Latijnse conjunctief gaat de betekenis en het poëtische verloren: “dat u zou binnengaan onder mijn dak”.
De door het Vaticaan opgelegde vertalingen zullen worden geïntroduceerd op de eerste zondag van de Advent. Deze introductie volgt op een promotiecampagne waarbij gesproken wordt van een “kostbare gave” die “dieper graaft in het mysterie van Christus” en die het geloof beter weergeeft (zonder uit te leggen hoe). Uitgebreide promotie naar parochiebulletins door USCCB (Conferentie van Katholieke bisschoppen in de VS) gaat voorbij aan de uitstekende vertalingen van 1997, weggeschoven door het Vaticaan, en de kaping van de bevoegdheid tot het vaststellen van vertalingen. Zij vergelijken alleen de in haast gemaakte vertaling van 1973 met de huidige; zij veronachtzamen ernstige onvolkomenheden en de ruime afwijzing, en sommigen suggereren dat het hier gaat om de wettige 1997 vertalingen en claimen dat zij de bedoelingen van het Concilie uitvoeren die zij bestrijden. In Zuid Afrika zijn de vertalingen eerder, ook al was dat prematuur, in gebruik genomen. Er wordt op geen enkele wijze aandacht besteed aan de vrijwel uniforme berichten dat de vertaling daar aanleiding gaf tot “weerstand die grensde aan verontwaardiging en woede”, hetgeen leidde tot een oproep om het gebruik elders te heroverwegen en tot brieven aan bisschoppen.
Toen Kardinaal Francis George de ICEL intimideerde om de normen te veranderen of “te worden opgeheven” (Aartsbisschop Denis Hurley deed zijn beklag bij hem dat hij oncollegiaal te werk ging) liep de zaak ten einde en de bevoegdheid van de bisschoppen werd ingenomen. En nu claimt Rome het recht om zijn eigen vertalingen te maken.
Tot nu toe is de zware hand van Rome gelukkig alleen nog maar gevallen op zo’n 400 miljoen Engelssprekende katholieken.
William H. Slavick
Bill Slavick, gepensioneerd leraar Engels, studeerde liturgie bij wetenschappers die bijdroegen aan het opstellen van de liturgische constitutie op Vaticanum II. Onlangs woonde hij een seminar bij over de missaalvertalingen onder leiding van de liturgist Antony Ruff osb.
Vertaling: Bert Roebert
Op dit moment zijn er nog geen bijdragen voor dit thema.
Terug naar "Het Romeinse Missaal – Een Crisis?" | Naar boven