5/10/12
Burgers moraal opleggen vereist debat
Rechtsstaat en vrede hebben met elkaar gemeen dat je ze pas mist als ze er niet meer zijn. Zij behoren tot de vanzelfsprekendheden van generaties die zijn opgegroeid zonder wezenlijke aantastingen daarvan te hebben ervaren.
Mijn generatie weet waarom zij de integratie van Europa steunt. Onze ouders en wij maakten tweemaal mee dat Europa onderging in de massaslachtingen van oorlog en vervolging. Er staat nu een generatie op die denkt dat het best zou kunnen zonder de EU en de Raad van Europa.
Maar er is een tweede veld waarop erosie plaatsvindt van vanzelfsprekendheden: de democratische rechtsstaat. In een samenleving is er altijd spanning tussen burger en overheid. De burger wil dat hij door de overheid zo weinig mogelijk wordt beperkt. De burger wil tegelijkertijd dat de overheid taken uitvoert, bijvoorbeeld sociale voorzieningen, publieke diensten en bescherming tegen calamiteiten, van asbest tot roofoverval. Om dit zo goed mogelijk te organiseren, hebben we door de eeuwen heen een sociale en democratische rechtsstaat opgebouwd.
Rechtsstaat wil zeggen dat de bevoegdheden van de overheid haar zijn gegeven door de wetgever, die dan ook de grenzen stelt. Als de burger vindt dat die grenzen zijn overschreden, is er een onafhankelijke rechter die hem beschermt tegen de overheid. Niet alleen die rechter doet dat. Behalve juridisch is er ook politiek toezicht op de overheid via gekozen volksvertegenwoordigers. Daarnaast nog is er inspraak, en de openbare mening. Wetgever en bestuurder kunnen dus niet zo maar hun gang gaan. Zij zijn bovendien gehouden aan een hogere norm: die van de vrijheidsrechten van de mens. We mogen dankbaar zijn dat de westerse beschaving de laatste drie eeuwen zich zo heeft ontwikkeld. In andere delen van de wereld komt men lang niet toe aan wat bij ons vanzelfsprekend is.
Tegelijkertijd neemt het geroep om overheidshandelen toe. Als in de bankwereld normen te vaak geen rol spelen, wil men dat daartegen wordt opgetreden. Maar de overheid heeft terzake nauwelijks bevoegdheden. Scheppen we die, dan gaat de juridisering verder. De nieuwe geldelite, zegt Carel Peeters in Vrij Nederland van 28 juli, wordt geen ethisch bewustzijn bijgebracht. Hij noemt dit 'het Staal Principe', naar de ontslagen bestuurder van de woningcorporatie Vestia, die zijn bedrijf op de rand van faillissement bracht, en nu met de centen van zijn huurders goede sier maakt op Bonaire.
De vergelijking met de rechtsstaat zit hier in de voortgaande erosie van vanzelfsprekende normen van behoorlijk handelen, en het stelselmatig in twijfel stellen van het gezag van hen die daarover moeten waken.
‘Onbetwistbaar recht’, zo noemde de Telders Stichting (VVD) haar rapport over 'Juridisering en het evenwicht tussen rechtsstaat en democratie' (2012). Het rapport is bang dat de democratie het te veel aflegt.
Interessant is dat in 2007 de Wiardi Beckman Stichting (PvdA) juist een rapport uitbracht: 'De bedreigde rechtsstaat'. Aanleiding was verontrusting over recente, democratisch aanvaarde wetgeving, die beginselen van de rechtsstaat leek aan te tasten.
Kernvraag is in hoeverre je met regels morele en politieke opvattingen moet opleggen aan allen. Het Hof voor de Mensenrechten in Straatsburg deed in 2009 een uitspraak in de zaak Lautsi tegen Italië. Daar protesteerden ouders dat er een bloedig kruisbeeld hing in de klas - op een openbare school! Bij ons ondenkbaar, maar de Italianen waren woest. In Italië is toch iedereen katholiek? Vraag is, moet je het op zichzelf redelijke principe doorvoeren: op publieke plekken geen religie? Of moet je het even laten zitten, er geen juridische kwestie van maken. We hebben het bij ons met de zogenoemde weigerambtenaren. Waarom ze ontslaan, zolang er geen homostel wordt belemmerd om te trouwen?
Die Europese rechter mag dus best nadenken of hij niet een grotere ruimte moet laten aan elke lidstaat om op democratische manier iets anders te regelen als het gaat om kruisbeelden. Die Haagse gemeenteraad mag dus best eens nadenken of het nodig is om ambtenaren op dit ene punt gelijk te schakelen. Soms is leven en laten leven belangrijker. Of we juridisering van bestuur en politiek moeten aanvaarden, is dus afhankelijk van concrete omstandigheden. Dreigen er inderdaad aantastingen van burgerrechten door maatregelen die terrorisme willen bestrijden? Bijvoorbeeld arrestatie zonder redelijk bewijs? Guantánamo? Die discussie over het evenwicht tussen de eisen van democratie en rechtsstaat moet voortdurend plaatsvinden. De kunst is om die goed te voeren, en te waken dat we niet doorslaan. Zoals voorstellen van de eenmanspartij PVV om de macht van rechters in te perken, terwijl die macht wezenlijk is voor het evenwicht. Of voorstellen van de huidige regering om het aantal leden van de beide Kamers te verminderen, een ondermijning van de politieke controle op de macht.
Erik Jurgens
Dr. Erik Jurgens is hoogleraar Staatsrecht en voormalig lid van de Eerste Kamer voor de PvdA. Bovenstaande tekst schreef hij voor de podiumpagina van Trouw op 22 augustus 2012.
Reactie plaatsen
Reglement
- Alle reacties worden vóór publicatie door de redactie beoordeeld. Wij behouden ons het recht voor reacties te weigeren of in te korten zonder opgaaf van redenen.
- Een inzending mag maximaal 1000 tekens bevatten en moet goed leesbaar zijn.
- Lees andere inzendingen zodat u in uw reactie niet in herhaling vervalt maar nieuwe argumenten geeft. De reactie moet inhoudelijk zijn en iets waardevols toevoegen aan het artikel. Dus bijvoorbeeld geen agressief taalgebruik.