Tirannie van de meerderheid en het verdwijnen van Viertakt Vroeg  
Home > Thema's > Inculturatie > Cultuur > Wat is cultuur? > Tirannie van de meerderheid en het verdwijnen v...
Dr. Thomas Mertens
30/6/10

Tirannie van de meerderheid en het verdwijnen van Viertakt Vroeg

Eind januari heeft zich in Nederland iets vervelends voorgedaan, tenminste voor een kleine minderheid. Voor het grote publiek was de overgang van januari naar februari waarschijnlijk alleen maar van belang voor wat betreft het loonstrookje, maar voor die minderheid niet. Zij werd namelijk geconfronteerd met verdwijnen van Viertakt Vroeg, een programma van de publieke omroep op Radio 4. Dat programma werd op elke werkdag tussen zeven en negen uur ’s morgens verzorgd door een ter zake van klassieke muziek zeer deskundig team en gepresenteerd door Hans Haffmans, die door velen als de beste presentator van deze klassieke zender wordt beschouwd. Men zou hem - op zijn Duits - een moderator kunnen noemen, iemand die een discussie leidt of, zoals hier, een programma presenteert. Het voortreffelijke radioprogramma Klassik Forum auf WDR 3 kent moderatoren. Moderatoren praten geen muziekjes aan elkaar, maar hebben verstand van muziek en een ontwikkelde smaak. Ik luisterde vrijwel dagelijks, en al heel lang, met veel genoegen naar Viertakt Vroeg. Ik leerde nieuwe muziek kennen of nieuwe uitvoeringen en kwam op de hoogte van muzikaal nieuws. Ander nieuws kwam niet voor in dit programma.

Na de eerste aankondigingen van het verdwijnen van dit programma gebeurde er iets merkwaardigs. Het ongetwijfeld bedaarde publiek van Radio 4 plaatste zich ‘massaal’ achter dit programma, onder andere op het internetforum van Radio 4. Er waren zoveel protesten dat de zendercoördinator zich genoodzaakt zag om publiekelijk, in een schrijven op internet, te reageren en een verklaring te geven voor haar keuze om dit programma te vervangen door een ander, lichter programma, te weten Van Trigt tot Negen met als presentator de bekende Annette van Trigt. Daarin zouden meer luisteraars moeten worden ‘opgepikt’ door middel van een andere formule met meer plaats voor nieuws, actualiteiten, interviews en voor lichtere klassieke muziek. Deze verklaring deed de protesten niet verstommen. Er verschenen stukken in de krant en er werden honderden mails verstuurd, zowel naar het programma zelf, als naar deze coördinator en naar het bestuur van de publieke omroep. De voorzitter van omroep C, Ad  ’s-Gravesande, overhandigde ruim 3000 protestbrieven aan Henk Hagoort, voorzitter van dat bestuur.

Het mocht allemaal niet baten: het nieuwe programma is al in de lucht. De luisteraars hebben zich van Radio 4 afgekeerd, blijkens de reacties die nog steeds te vinden zijn. De nieuwe presentator doet de commotie af als ‘storm in een glas water’; de coördinator geeft geen krimp.

Is dat terecht? Is er echt weinig aan de hand? Om een aantal redenen denk ik van niet. Zo is er het verdelingsvraagstuk. Normaliter denken we binnen de politieke theorie bij verdelingsvraagstukken aan inkomens en aan rechten. Maar dat verdelingsvraagstuk speelt natuurlijk een rol bij het verdelen van elk schaars goed, zoals zendtijd bij de publieke omroep. Wie bepaalt wat wordt uitgezonden op welk tijdstip? Ik ben niet de enige, noch de eerste, die stelt dat de Nederlandse publieke omroep steeds meer is gaan lijken op de commerciële omroepen. Men moet maar eens naar de programmering kijken van de BBC om te zien wat een echte publieke omroep is. In het geval van Radio 4 werd en wordt gekeken naar Classic FM dat meer luisteraars trekt dan Radio 4. Het marktaandeel van Radio 4 moet worden vergroot en daartoe moeten met name jonge luisteraars worden overgehaald naar de publieke klassieke zender te luisteren. Uiteindelijk bepalen kwantitatieve gegevens wat er geprogrammeerd wordt, waarbij een minderheid van toegewijde luisteraars moet wijken voor (de hoop op) een grotere groep luisteraars.

Het lijkt bijzonder ‘democratisch’ dat minderheden zich moeten neerleggen bij de wens van meerderheden en door haar verdelingen worden bepaald. Maar is dat ook terecht wanneer de waarde die de minderheid aan een bepaald goed hecht, voor haar zwaarder weegt dan de waarde die de meerderheid hecht aan haar voorkeur? Een simpel voorbeeld: stel je een sporthal voor waarin meerdere sporten worden bedreven; stel vervolgens dat er investeringen gedaan moeten worden in de hal en dat daarvoor het door alle sporters gezamenlijk gespaarde geld wordt gebruikt; stel tenslotte dat er een sport is die zo populair is dat het meer beoefenaars kent dan alle andere sporten bij elkaar. In dat geval zou het niet ‘fair’ zijn om de beslissing over wat er met het gespaarde geld gebeurt over te laten aan een eenvoudige meerderheid. Er zou een beslissing moeten worden genomen die rekening houdt met wat we kunnen noemen de ‘gevestigde’ belangen van de minderheid. In de publieke ruimte van de sporthal moet rekening gehouden worden met de belangen van de sportieve minderheden. En dat volgt uit het feit dat zij al van die sporthal gebruik maakten en aan de opgebouwde reserves hebben bijgedragen. Hun gemeenschappelijk belang bij de minderheidssporten dient zwaarder te wegen dat het meerderheidsbelang bij nog meer faciliteiten ten behoeve van hun meerderheidssport.

Er zijn veel problemen met de democratie, maar dit is er ook een: een democratie is slecht in staat om het gewicht dat minderheden toekennen aan hetgeen zij van belang achten, mee te laten wegen bij het komen tot een uiteindelijke verdeling. Dat geldt met name wanneer de uitkomst voor de meerderheid tamelijk indifferent is terwijl die door de minderheid als cruciaal wordt ervaren. Wat zich per 1 februari heeft voorgedaan is door velen waarschijnlijk niet eens waargenomen. Toch ervoeren sommigen het als een tragedie. Na de laatste uitzending schreef iemand: “Dat ik ooit nog eens onbedaarlijk zou huilen bij het verdwijnen van een radioprogramma had ik niet verwacht.” In de aanloop naar dat moment waren er zoveel heftige reacties dat de redactie van het eerder genoemde internetforum besloot om die website te sluiten, omdat de sfeer er steeds meer ‘in een negatieve spiraal’ zou zijn geraakt. Ook dat is opmerkelijk: er zouden ‘beledigende berichten’ aan het adres van medewerkers van Radio 4 zijn geplaatst, zoals ‘Radio 4 is al dom genoeg’ of ‘Van Trigt tot Negen? Van de drop in de regen!’. In een tijd waarin de vrijheid van meningsuiting het meest bediscussieerde publieke goed is en een eventuele beperking ervan als nationale ramp wordt geafficheerd, sluit de publieke omroep een website vanwege een ‘negatieve spiraal’, terwijl de genoemde voorbeelden natuurlijk in het niet vallen bij de toon van vele reacties die op internet te vinden zijn wanneer in een van de dagbladen een opiniebijdrage verschijnt waarin het woord ‘islam’ voorkomt. Juist dáár bekruipt mij soms het gevoel dat het beter zou zijn als redacties van kranten bepaalden wat er aan ingezonden reacties gepubliceerd werd en wat niet.

Dat voert mij ten slotte terug naar de vraag waarom men van dat geliefde programma af wilde Het antwoord lijkt gemakkelijk: het was te elitair. Daarmee bereiken we een ander probleem dat met de democratie verbonden is. Zoals bekend, was Plato geen groot voorstander van de democratie; een van de redenen die hij daarvoor aanvoerde, was dat in een democratisch bestel alle voorkeuren gelijkelijk tellen. Hij bestreed in alle toonaarden dat dat zo zou moeten zijn. Net zo min zijn alle verlangens gelijk zijn, zijn alle voorkeuren gelijk. Maar in een democratie, zo schrijft Plato, raken mensen overgevoelig voor alles wat zweemt naar gezag. Dat irriteert hen en komt onverdraaglijk voor. Om maar aan geen enkele autoriteit onderworpen te zijn, zo vervolgt Plato, erkennen zij geen enkele wet of norm.

Ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat achter het verwijt dat Viertakt Vroeg elitair zou zijn iets doorklinkt van die overgevoeligheid voor gezag. Het kan toch niet zo zijn dat iemand ‘verstand’ heeft van muziek? In een democratie zijn immers alle smaken en alle opinies evenveel waard. Er is maar een grond op grond waarvan men gezag kan claimen, en dat is de macht van het getal.

Thomas Mertens 

Dr. Thomas Mertens is hoogleraar rechtsfilosofie aan de Radboud Universiteit Nijmegen. 

Reacties

Commercieel kijkt men naar het grootste marktaandeel. Het werkelijke of verwachte aantal kijkers/luisteraars bepaalt dan of iets wordt uitgezonden. De vraag naar de waarde van iets wordt niet bepaald door een meerderheid van stemmen. Dat is altijd een kwestie van 'elite'. Bij voetbal accepteert men succesvolle coaches, ook al hebben milioen meningen over de opstelling van de nationale ploeg. Men zoekt ook de beste arts bij problemen. Diens waarde wordt niet zgn. 'demokratisch' bepaald. Bij programma's als het hier besprokene moet ook een kleine minderheid van liefhebbers, gemodereerd door een elite-kenner, bediend worden. Ook hier wordt de term 'demokratisch' ondoordacht en zelfs ten onrechte gebruikt.
Jac van Dam - Nijmegen



Reactie plaatsen

Reglement

  • Alle reacties worden vóór publicatie door de redactie beoordeeld. Wij behouden ons het recht voor reacties te weigeren of in te korten zonder opgaaf van redenen.
  • Een inzending mag maximaal 1000 tekens bevatten en moet goed leesbaar zijn.
  • Lees andere inzendingen zodat u in uw reactie niet in herhaling vervalt maar nieuwe argumenten geeft. De reactie moet inhoudelijk zijn en iets waardevols toevoegen aan het artikel. Dus bijvoorbeeld geen agressief taalgebruik.
Naam  
E-mailadres  
Plaats  
Uw reactie  
Gebruik maximaal 1000 tekens. U hebt nog 1000 tekens tekens.
Captcha  
   

Terug naar "Wat is cultuur?" | Naar boven

Disclaimer
EnglishDeutschFrancaisEspanol