En jullie, wie zeggen jullie dat ik ben?  
Home > Thema's > Inculturatie > Kerk zijn > Liturgie > En jullie, wie zeggen jullie dat ik ben?
Dominicuskerk
9/12/09

En jullie, wie zeggen jullie dat ik ben?

Toen Jezus in de streek van Caesarea Filippi gekomen was,
stelde hij zijn leerlingen deze vraag:
‘Wie is volgens de mensen de mensenzoon?’.
Zij: ‘Sommigen zeggen: Johannes de Doper;
anderen: Elia; weer anderen: Jeremia
of één van de (andere) profeten’.

Hij: ‘Maar jullie, wie ben ik volgens júllie?’.
Toen gaf Petrus dit antwoord:
Jij bent de messias, zoon van God, de Levende!’.
Waarop Jezus hém dit antwoord gaf:
‘Zalig ben jij, Simon Barjona,
want dit is jou niet door vlees en bloed onthuld,
maar door mijn Vader in de hemel.
En ik zeg jou op mijn beurt:
Jij bent Petrus (een Rots),
op die rots kan ik mijn gemeente bouwen;
zelfs de poorten van de Hades
zullen die niet kunnen overweldigen!’. (…)
Daarna verbood hij zijn leerlingen ten strengste
om ook maar aan iemand te zeggen:
hij is de messias!’.

Van toen af aan is Jezus Christus begonnen
 zijn leerlingen duidelijk te maken,
dat hij op weg moest gaan naar Jeruzalem,
dat hij zwaar zou moeten lijden
onder oudsten, overpriesters, schriftgeleerden,
dat hij zelfs ter dood gebracht zou gaan worden –
en dat hij ‘ten derde dage’ daaruit zou opstaan.

Uit Matteüs 16

En jullie, wie ben ik volgens júllie?

In de tijd tussen Kerst en Pasen zitten twee belangrijke blokken van zondagen: de Verschijningstijd en de Veertigdagentijd. Wie is toch die Jezus uit Nazaret, die telkens weer in deze wereld verschijnt (‘Epifanie’) om dan in de woestenij, geheel alleen, zijn weg van ‘Veertig dagen en veertig nachten’ te beginnen? Rabbi, goeroe, voorbeeldmens, een verlichte, een verlosser, heiland, herder, ach, te veel om op te noemen zijn de namen die men hem gegeven heeft.

‘En jullie, wie ben ik volgens júllie?’ vraagt Jezus aan zijn leerlingen in het eerste, meest joodse evangelie van het Nieuwe Testament. En dan, alleen hier zo onomwonden, komt dat zinnetje uit Petrus’ mond: “Jij bent de messias!”. Met dat andere beroemd geworden zinnetje van Jezus’ kant: “En jij bent Petrus, de rotsman!”. De geschiedenis heeft laten zien hoeveel verraad, verloedering en verstening juist deze beide zinnetjes hebben opgeroepen. Maar ze staan daar en ze blijven het middelpunt vormen van Matteüs’ evangelie.

Wel verbiedt Jezus direct daarop zijn leerlingen dat woordje ‘messias’ nog in hun mond te nemen. Het geheim van de messiaanse weg die hij nog moet gaan, is te kwetsbaar voor grote woorden en vanzelfsprekendheden. De rotsman zelf, Petrus, wordt dan ook nu opeens onverbloemd ‘satan’ genoemd, een misleider. Dat gebeurt na zijn protest tegen Jezus’ schets van zijn weg door vernedering en dood heen naar licht en leven.

Dit vreemde geheim van Jezus is in geen dogma ooit te vangen. Wel kan er naar getast worden in kleine fragmenten, die niet geforceerd in elkaar gepast moeten worden. In de serie En jullie, wie ben ik volgens jullie? komen zulke fragmenten voorbij, steeds tegen de achtergrond van die persoonlijke vraag van Jezus, het spontane antwoord van Petrus en de vér reikende implicaties daarvan.

zondag 10 januari     De ongewenste messias

Een van de bekendere passages uit De gebroeders Karamazov van Ivan Dostojewski De Groot-inquisiteur van Sevilla. In een lange monoloog werpt de Groot-inquisiteur Jezus het ene na het andere verwijt voor de voeten. Hoe kon hij zo stom zijn om het aanbod van de duivel, om te heersen over de mensheid, af te wijzen? Alles in deze wereld draait toch om macht? Gelukkig heeft de kerk dat beter begrepen en de leer van Jezus verbeterd. En waar baseert hij het idee op dat de mens zou deugen? Zie deze afgebeulde aarde… En dan het sublieme antwoord van Jezus.

Lezing: Matteüs 4,1-11 én een fragment uit het verhaal van de Groot-inquisiteur
Overweging:  Colet van der Ven

zondag 17 januari     De oninpasbare messias

Als je moeder en je broers je willen spreken, kun je dat toch moeilijk weigeren. Toch is het dat wat Jezus hier doet, aan het slot van de eerste van vijf rondes leerredenen en tekenen. Wie zijn leerling wil zijn, wordt familie van hem. Hij is ‘van’ niemand, ook niet van ons. Het omgekeerde kan wel: wij komen in een bepaalde relatie tot hem en tot elkaar te staan door zijn woorden te horen en te doen. Daarmee ontstaat een nieuwe, messiaanse broederschap of zusterschap, moederschap en vaderschap.

Lezing: Matteüs 12,46-50
Overweging:  André Wesche

zondag 24 januari     De ongrijpbare messias

De scène die Lucas hier oproept, is even merkwaardig als vermakelijk. Jezus, inmiddels een beroemd geworden plaatsgenoot, leest voor uit de boekrol van de profeet Jesaja. Het stuk gaat over de goddelijke geest die op de messias gelegd wordt en over de zalving die hij ontvangt. De algemene instemming na Jezus’ woord over de vervulling van deze profetie, slaat om in algemene woede en doodsdreiging. “Maar hij liep midden tussen hen door en trok verder”. Zijn weg is nog niet ten einde.

Lezing: Lucas 4,14-30
Overweging:  Juut Meijer

zondag 31 januari     De al te kleine messias

Koning David had niet veel op met blinden en lammen, meldt 2 Samuël 5,8. Dat was bij Jezus wel even anders, meldt (met een knipoog) Matteüs in zijn vertelling over Jezus’ intocht in de tempel. Ook kinderen blijken voor hem daar geen bezwaar, hij wil er zich klein genoeg voor maken. Als de kinderen dan ook nog eens luid hún “Hosanna voor de zoon van David” zingen, is de maat voor de geestelijkheid vol. Intussen is er weer een klein fragment toegevoegd aan de contouren van dat woordje ‘messias’.

Lezing: 2 Samuël 5:6-8 en Matteüs 21:12-17
Overweging:  Niek Schuman

In deze dienst worden kinderen gedoopt

zondag 7 februari     De verborgen messias

Geloofsbelijdenissen hebben niet zijn voorkeur. Woorden staan hem makkelijk tegen. De toets der dingen ligt in het doen. Het ijkpunt van waarachtigheid bestaat in het volgen van de hele weg. Dat is hinderlijk. Petrus verdraagt het niet. Tot hij een keer gaat begrijpen, dat voor Jezus alleen díe God telt die niet van het lijden wegziet.

Lezing: Marcus 8:27-37
Overweging:  Pieter van Hoof

zondag 14 februari     De anti-triomfalistische messias

Hoe je kijkt, bepaalt wat je ziet, en dat bepaalt weer je handelen. Ofwel: verwachtingen bepalen je waarneming. Zo wil het de leerlingen maar niet lukken om Jezus echt in het vizier te krijgen: “Zij begrepen niets van dit alles, het woord bleef hun duister, zij konden niet bevatten wat hij gezegd had”. Zijn weg loopt ook zo anders dan verwacht…

Lezing: Lucas 18:28-42
Overweging:  Mirjam Wolthuis


Reactie plaatsen

Reglement

  • Alle reacties worden vóór publicatie door de redactie beoordeeld. Wij behouden ons het recht voor reacties te weigeren of in te korten zonder opgaaf van redenen.
  • Een inzending mag maximaal 1000 tekens bevatten en moet goed leesbaar zijn.
  • Lees andere inzendingen zodat u in uw reactie niet in herhaling vervalt maar nieuwe argumenten geeft. De reactie moet inhoudelijk zijn en iets waardevols toevoegen aan het artikel. Dus bijvoorbeeld geen agressief taalgebruik.
Naam  
E-mailadres  
Plaats  
Uw reactie  
Gebruik maximaal 1000 tekens. U hebt nog 1000 tekens tekens.
Captcha  
   

Terug naar "Liturgie" | Naar boven

Disclaimer
EnglishDeutschFrancaisEspanol