12/8/08
Ontmoeting met een buitenlandse vrouw
20ste zondag door het jaar, 16-17 augustus
schriftlezingen: Js 56,1,6-7 en Rom 11,13-15,29-32 en Mt 15,21-28
De evangelielezing van deze zondag uit Matteüs heeft een parallel in Marcus. Beide evangelisten zijn afhankelijk van een oudere traditie. Deze oudere traditie kan als volgt weergegeven worden. "En kijk, een Kananese vrouw vanuit die streken kwam aanlopen en knielde voor hem neer met de woorden: 'heer, help mij'. Hij dan gaf haar ten antwoord: 'vrouw, groot is jouw vertrouwen, laat het gebeuren zoals je wilt.' En genezen werd haar dochter vanaf dat ogenblik."
Deze traditie past heel goed bij de 'genezings'verhalen die te vinden zijn in Mt 8-9. Welke indruk maken deze 'genezings'verhalen op ons? wat voor portret van Jezus tekenen ze? waar gaat het echt om? Het zijn maar korte verhaaltjes, eerder suggestieve schetsen. Tekeningen getrokken met een paar lijntjes, eenvoudig van structuur, zonder vreemde pennenstreken. Heel het gebeuren is als een dialoog. Daarom spreek ik liefst van ontmoetingsverhalen.
In beide evangelies is een korte tweespraak toegevoegd. Jezus: "het is niet goed het brood van de kinderen te nemen en voor de hondjes te gooien. " De vrouw: "wel waar, heer, want ook de hondjes eten van de kruimels die vallen van de eettafel van hun baasjes." Dit brengt het verhaal naar een climax. Zodoende wordt overduidelijk dat het vertrouwen van de vrouw inderdaad groot is. Bovendien plaatsen de twee evangelisten het verhaal in de streek van Tyrus (en Sidon), aan de kust van Syrofenicië, in het huidige Libanon. Vanuit Israël gezien gaat het dan om een buitenlandse vrouw.
Beide evangelisten gaan ook eigen wegen. Matteüs legt de vrouw een jodenchristelijke zegswijze in de mond: "wees mij genegen, heer, zoon van David" (telg uit de dynastie van David). Dat stond ook al in het verhaal van die twee blinden (Mt 9,27-30a). De vrouw vervolgt: "mijn dochter wordt door een demon gekweld. " Blijkbaar raakt Jezus in verlegenheid, want er wordt gezegd dat hij de vrouw geen enkel antwoord gaf. De leerlingen kwamen Jezus vragen haar weg te sturen "omdat ze achter ons aan loopt te schreeuwen". Waarop Jezus (aan de vrouw) verontschuldigend antwoordt: "ik ben alleen maar naar de verloren schapen van het huis Israël gestuurd". Vijf hoofdstukken eerder had Jezus hetzelfde gezegd tot zijn leerlingen: "ga naar de verloren schapen van het huis Israël". Die leerlingen zijn twaalf in getal, want Israël bestaat, althans ideologisch, uit twaalf stammen (zie Mt 10,1-7).
Bij Marcus vind je niets van deze nadruk op Jezus' zending naar de twaalf stammen van Israël. Behalve dan dat kleine zinnetje: "laat eerst de kinderen verzadigd worden" (voldoende brood te eten krijgen, zie de broodvermenigvuldigingsverhalen). Verder verklaart Marcus nog dat de vrouw een griekse (een grieks sprekende) was, een syrofenicische van geboorte. Met de aanduiding Kananese vrouw in Mt kan men twee kanten op: Kanaän als benaming van het land van de purperen wol (= Fenicië), of eventueel Kanaän als naam voor het door Israël in bezit genomen gebied (Kananees betekent dan niet behorend tot Israël).
Zowel Matteüs als Marcus laten dit ontmoetingsverhaal dus in het buitenland spelen, waarmee meteen de thematiek van het 'vreemdelingschap' gegeven is. Eerst de kinderen? Niets daarvan! Alsof er gezegd wil zijn: "je kunt niet-joden niet van het heil uitsluiten" (zie Romeinen 9,22-24). In christelijke taal: ook buiten de kerk is heil te vinden. Bij deze thematiek van het 'vreemdelingschap' sluiten de andere twee lezingen aan.
De lezing uit Jesaja 56 (zeker als je de verzen 1 t/m 8 in hun geheel bekijkt) zijn duidelijk cultuur gebonden, dat lijdt geen twijfel. Maar de verzen 6 en 7 maken de strekking ervan wel duidelijk: de vreemdelingen die zich bij de dienst aan de Ene aangesloten hebben, die hem willen dienen en zijn naam liefhebben, die horen er helemaal bij. In de taal van de profeet heet dat: overladen worden met vreugde in het huis van de Ene. Dat huis van de Ene is een huis van gebed voor alle volken. Oecumenischer kan haast niet. Zie Joh 14,2 zoals kort en krachtig door een meerderheid van de kerkvaders geciteerd: "veel woningen bij de vader".
Ook de lezing uit Romeinen is cultuur gebonden (de problemen waar Paulus voor stond: joden en niet-joden samenbrengen in één messiaanse gemeenschap). Misschien wordt wat Paulus bedoelt, duidelijk in de volgende adequate vertaling van Romeinen 9,22-25.
22 Stel dat God,
die zijn ergernis wil tonen en zijn kracht bekend wil maken,
met veel grootmoedigheid kruikjes die zijn ergernis wekken,
die klaar staan om weggegooid te worden,
23 – juist om de rijkdom van zijn heerlijkheid bekend te maken –
zou bestemmen tot kruikjes die zijn genegenheid wekken,
die hij bedoeld had om er stralend uit te zien.
24 Die kruikjes dat zijn wij, die hij geroepen heeft,
niet alleen uit joden, maar ook uit niet-joden,
25 zoals hij het ook bij Hosea zegt:
wat mijn niet-volk was, zal ik mijn volk noemen,
en de niet-beminde welbeminde.
Misschien vindt iemand het wat vreemd dat ik de historische gelaagdheid van een tekst laat zien. Onze evangelies zijn nu eenmaal niet in één keer op schrift gesteld, maar hebben een hele wordingsgeschiedenis achter de rug. Maar juist op deze manier kan men meerdere aanknopingspunten vinden om Bijbelverhalen te actualiseren en dichterbij te brengen. Vandaar. Meer over de verhalen in Mt 8-9 is te vinden In Wim Hendriks: Ontmoetingsverhalen in Speling 25 (1973), 130-140, en De historische vraag naar Jezus (3) in Kerugma 44 (2000-2001), 98-105.
Psalm 146,7c-9 (NBV)
De Heer bevrijdt de gevangenen,
de Heer opent de ogen van blinden,
de Heer richt de gebogenen op,
de Heer heeft de rechtvaardigen lief,
de Heer beschermt de vreemdelingen,
wezen en weduwen steunt hij,
maar wie kwaad doen, richt hij te gronde.
Wim Hendriks
Reactie plaatsen
Reglement
- Alle reacties worden vóór publicatie door de redactie beoordeeld. Wij behouden ons het recht voor reacties te weigeren of in te korten zonder opgaaf van redenen.
- Een inzending mag maximaal 1000 tekens bevatten en moet goed leesbaar zijn.
- Lees andere inzendingen zodat u in uw reactie niet in herhaling vervalt maar nieuwe argumenten geeft. De reactie moet inhoudelijk zijn en iets waardevols toevoegen aan het artikel. Dus bijvoorbeeld geen agressief taalgebruik.