15/7/09
Mijn pastorale weg
23 mei 1959 werd ik priester gewijd en op de pastorale weg gezet. Bij mij heb ik een koffertje – en nu spreek ik beeldende taal –; in dat koffertje zit een handboek, een gebruiksaanwijzing, hoe ik mij op die pastorale weg moet gedragen. Ik lees over geboden en verboden. Ik lees over geen lichamelijke intimiteit voor het huwelijk. Ik lees…. Achteraf bleek ik op die pastorale weg een spookrijder te zijn. Gelukkig kreeg ik lichtsignalen.
Het eerste lichtsignaal is in 1961. In dat jaar werd ik benoemd tot conrector (hulppastor) in het Franciscus ziekenhuis in Rotterdam. Dat stond toen aan de Schiekade. Buiten al het andere personeel waren er 200 zusters Augustinessen. Voor de ouderen onder u bekende geluiden. Hoeveel broeders werkten er hier in Noordwijkerhout niet op de Bavo? Hoeveel zusters op de Sancta? In het ziekenhuis waren nog ziekenzalen met 24 bedden. Rechts twaalf, links twaalf. Met de rector woonde ik in een groot herenhuis vlak naast het ziekenhuis. Elke dag ging ik op bezoek bij de patiënten. Toen ik voor het eerst bij een man van tussen de dertig en veertig jaar kwam, keek hij mij doordringend aan en zei:“Je mag wel komen, maar je mag niet over het geloof praten”. In het half jaar dat hij daar lag, heb ik hem regelmatig bezocht. En drie weken voor zijn dood heb ik zijn huwelijk ingezegend, hem gevormd, en hem bediend. Op een zaterdagavond loop ik het ziekenhuis in. Ik ga een zaal binnen; hier liggen 24 patiënten. Hier lag ook hij. Ik praatte met enkele mensen. Dan hoor ik een stem:”Kom eens hier. Ik wil je dit nog zeggen:’Je moet in je leven niet je eigen weg gaan, maar Gods weg’.” Ik draai me naar zijn buurman, praat wat, dan zegt deze buurman:“Hij is gestorven”. Dat waren zijn laatste woorden. Zijn laatste woorden voor en tot mij:“Je moet niet je eigen weg gaan, maar Gods weg”. Dat was voor mij het eerste lichtsignaal.
Een lichtsignaal. Je moet Gods weg gaan. Gods Weg met een hoofdletter, een weg die tastbaar, voelbaar, zichtbaar was in die man van Nazaret, Jezus is zijn naam. Een man, die geïnspireerd door Gods Geest vanuit zijn liefdevolle hart leefde. Een man die me liet ervaren dat wij mensen Gods handen, Gods voeten zijn in het hier en nu. Een man die van zichzelf zei:“Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven”. Het leven.
Nu volgt mijn tweede lichtsignaal. Van 1962 tot 1966 was ik kapelaan in de Zilk. In 1964 werd daar mijn pastoor de Volendammer: Klaas Steur, een pastoraal bewogen man. Een professor in de theologie – met 31 boeken op zijn naam – uitgerangeerd door Rome vanwege zijn pastorale ideeën. Ideeën, die niet strookten met het koffertje, dat ik meekreeg bij de start van mijn pastorale weg. Deze man leerde mij leven in het hier en nu. Deze man leerde mij leven vanuit mijn hart.
Dan komt het derde lichtsignaal. Als ik psychologie studeer aan de universiteit van Leiden. Daar werd mij duidelijk gemaakt, dat lichaam – gevoel – verstand – geest een geheel vormden. Daar werd mij duidelijk gemaakt, dat lichamelijke intimiteit bij het menselijk welzijn hoort.
Dan komt het vierde lichtsignaal: aalmoezenier bij de Koninklijke Landmacht. Het is nog de tijd van de dienstplicht. Van die dienstplichtigen hoorde ik hoe zij over de kerk dachten. De kerk - zo zeiden zij - is alleen maar geboden en verboden. Als God bestaat, waarom is er dan zo’n rotzooi in de wereld? Bijna twintig jaar heb ik tussen die dienstplichtige militairen geleefd. Ik leefde en woonde op de kazerne. Ik sprak hun taal. Ze waren los van het kerkelijke koffertje, maar ze waren niet los van God. Deze morgen vertel ik u, dat door die lichtsignalen mijn koffertje leeg is. Maar in dat koffertje heb ik het hart van het liturgieboekje van deze liturgieviering gedaan met daarin geschreven: Liefde, warmte, openheid, aandacht.
Tien jaar geleden vierde ik mijn veertigjarig priesterfeest op Pinksteren. Pinksteren is mijn feest, het feest dat ik ervaar als de goddelijke levenskracht in mij. Gods Geest in mij, of liever in ons allen. Het gaat om diezelfde Geest, die Jezus, die man van Nazaret, begeesterde om helend en genezend rond te gaan. Mijn vijftigjarig priesterjubileum vier ik vandaag op Hemelvaartsdag. Hemelvaart is het feest van de aarde. Hemelvaart wil zeggen: je moet de hemel over de aarde trekken. Wij hebben de opdracht om door diezelfde Geest geïnspireerd (Pinksteren) Gods handen en voeten te zijn in het hier en nu.
Elke morgen strooi ik wat brood voor de vogels, ook deze morgen. Er staat toch geschreven, zult u zeggen:“Zie de vogelen des hemels, ze zaaien en maaien niet, maar uw hemelse Vader voedt ze.” Weet u wie die hemelse Vader is? Dat ben ik. Wij mensen moeten het doen in het hier en nu. De paaskaars heb ik symbolisch gedoofd, want wij moeten in de voetstappen van Jezus het Licht verder dragen. Het zojuist voorgelezen evangelie maakt ons dat duidelijk: wij zijn dat licht voor onszelf, en van daaruit kunnen wij licht zijn voor elkaar.
Kijk eens hier, dit kruisbeeld, dat hangt bij ons in de huiskamer. Wij moeten ons aan hem spiegelen om in zijn voetstappen te gaan en het draait om het hart. Op onze nieuwjaarswens schreven wij dit jaar: wat komt uit een liefdevol en warm hart, is altijd goed. Kijk eens naar die ronde spiegel. Om die spiegel kunt u lezen: ubi caritas et amor Deus ibi est: waar vriendschap en liefde heersen, daar is God.
Jac. Kerklaan
Pastor Jac. Kerklaan hield deze ‘verkondiging’, zoals hij het zelf noemt, op 21 mei 2009, Hemelvaartsdag, in de Jozefkerk te Noordwijkerhout. Hij zet zijn verkondiging niet graag op papier want je mist de liturgische context, de stembuiging, de lichaamstaal, de band met de mensen in de kerk. U kunt dat aanvullen door nog eens de tekst te bekijken op de website van zijn parochie.
Reacties
Heerlijk, verfrissend, bemoedigend; zulk denken en spreken heb ik nodig om door te gaan en niet ontmoedigd te raken door de vele officiële kerkelijke uitspraken die alleen maar kloppen in het eigen gesloten denksysteem, waarin veel van de moderne wereld helemaal niet geintegreerd is.
Blijf aub spreken en publiceren.
Ad Besems - Barendrecht
Reactie plaatsen
Reglement
- Alle reacties worden vóór publicatie door de redactie beoordeeld. Wij behouden ons het recht voor reacties te weigeren of in te korten zonder opgaaf van redenen.
- Een inzending mag maximaal 1000 tekens bevatten en moet goed leesbaar zijn.
- Lees andere inzendingen zodat u in uw reactie niet in herhaling vervalt maar nieuwe argumenten geeft. De reactie moet inhoudelijk zijn en iets waardevols toevoegen aan het artikel. Dus bijvoorbeeld geen agressief taalgebruik.